Profiel Jan de Vries 
Geboren 10 september 1857 te Harlingen
Overleden 19 augustus 1926 te Groningen
Ouders Klaas de Vries & Trijntje Jans Bergsma 
Huwelijk

Eerste huwelijk: Riemke Kroes (1858-1885)

Tweede huwelijk: Jantje Schrage (1858-1922)

Kinderen

Uit eerste huwelijk: Trijntje de Vries (1881-1964), Femmigje de Vries (1883-1943) en Klaas Jan de Vries (1884-1885).

Uit tweede huwelijk: Tietje Maria de Vries (1893-1968), Klaas Jan de Vries (1894-1953) en Hindrik Klaas de Vries (1897-?).

Door: Dennis Sietsema

Beroepsfotograaf Jan de Vries was tussen 1888 en 1925 actief in Drenthe. In Assen was hij decennia lang dé fotograaf voor portretten. Daarnaast had De Vries in Hoogeveen een atelier waar klanten foto’s konden laten maken. Het Drents Archief bezit honderden foto’s van De Vries verspreid over meerdere collecties. In de beeldbank is een gedeelte daarvan te bezichtigen en er komen steeds meer bij. 

Levensloop 

Jan de Vries werd in Harlingen geboren op 10 september 1857 als zoon van huisschilder Klaas de Vries en Trijntje Jans Bergsma. Hij groeide op in een gezin met een oudere broer, Barend de Vries. Net als zijn vader werd hij in Harlingen huisschilder. Op 28 juli 1881 trouwde hij met Riemke Kroes, de dochter van Gerrit Jans Kroes en Femmigjen van der Schoot. Uit dit huwelijk kwamen drie kinderen voort. Dochter Trijntje werd geboren op 22 december 1881. Op 9 augustus 1883 volgde dochter Femmigje en op 30 oktober 1884 werd zoon Klaas Jan geboren. Klaas Jan overleed na vier maanden op 23 maart 1885. Op 15 april 1885 overleed Riemke Kroes, waarna Jan de Vries in 1888 met zijn dochters verhuisde naar Assen. 

Op 23 oktober 1889 hertrouwde De Vries met Jantje Schrage, de in Scheemda geboren dochter van landbouwer Hindrik Klaassens Schrage en Antje Kuiper. Samen kregen zij drie kinderen. Op 14 april 1893 werd Tietje Maria geboren, op 21 september 1894 volgde Klaas Jan en op 1 juli 1897 was Hindrik Klaas de laatste. De Vries had ook twee stiefdochters, Grietje Heika Titia Mulder en Antje Cobina Mulder. Deze kinderen kwamen uit het vorige huwelijk van zijn vrouw met Henricus Heikes Fennardus Mulder (1854-1885). Het gezin woonde in Assen tot 1895 aan de Kloosterstraat, waarna het gezin verhuisde naar Stationsstraat 10 (na de omnummering van 1900 Stationsstraat 3). Jan de Vries overleed op 19 augustus 1926 in Groningen. Jantje Schrage was op 22 april 1922 al overleden. 

De Vries was actief in het verenigingsleven van Assen. Hij was onder andere lid van het Asser mannenkoor en de Asser schutterij. Hij nam veel deel aan schietwedstrijden en was ook bestuurslid van de Noord-Nederlandsche Scherpschuttersvereniging. Ook was De Vries één van de oprichters van de Asser ijsclub ‘Voorwaarts’, waar hij eveneens bestuurslid was. 

Fotografie 

In navolging van zijn vader begon Jan de Vries als huisschilder in Harlingen. Op 29 april 1882 staat in het Dagblad van Friesland dat hij vanaf dat moment ook fotograaf was. Hij had een atelier aan de Heiligenweg. Toen hij in 1888 verhuisde naar Assen opende hij een atelier aan de Kloosterstraat. Later verhuisde hij dus naar de Stationsstraat. Zijn schoondochter Grietje Heika Titia Mulder werkte tot 1906 als retouchure, een bewerker van foto’s, in het atelier in Assen. Daarna verhuisde ze naar Kampen, waar ze mogelijk ook als retouchure werkte in een filiaal van De Vries. Ook in Hoogeveen onderhield De Vries een filiaal. Op een aantal cartes de visite, visitekaartjes, staat namelijk op de achterkant: “Hoogeveen aan ‘t Schut”. Dit filiaal stond aan de Schutstreek, tegenwoordig de Schutstraat in Hoogeveen.  

Portretten en foto-opdrachten 

Aan het eind van de negentiende en begin twintigste eeuw verdienden beroepsfotografen het grootste deel van hun brood met het maken van portretten. In zijn atelier heeft Jan de Vries veel klanten over de vloer gehad. Dat waren niet alleen burgers uit Assen, maar ook uit de dorpen in de omgeving, waar meestal nog geen fotograaf gevestigd was. Daarnaast lieten ook veel militairen uit de Asser kazerne zich bij De Vries vastleggen op de gevoelige plaat. De klanten kregen de portretten mee op het in deze tijd gangbare formaat van de carte de visite (foto geplakt op een stukje karton van ca. 6 bij 10 cm) of op het grotere formaat genaamd kabinetfoto (karton ca. 11 bij 16 cm). Deze foto’s  werden vaak bewaard in familiealbums of in een lijstje op de schoorsteenmantel gezet. In 1925 stopte De Vries als fotograaf en verhuisde hij naar Groningen, waar hij een jaar later overleed. 

De Vries beperkte zich niet tot het maken portretten. Om bij te verdienen nam hij vele foto-opdrachten van verenigingen en organisaties aan. Hij maakte groepsfoto’s van onder andere de Asser schutterij, het zangkoor en het voetbalteam van Achilles 1. Ook was hij fotograaf bij vele in de stad georganiseerde activiteiten, zoals een bloemencorso en een paardenkeuring. De opdrachten die hij kreeg waren zeer divers. Vanaf 1900 was hij bondsfotograaf van de Drentse afdeling van de A.N.W.B. In dienst van die bond heeft in de provincie meerdere foto’s gemaakt die mogelijk later in de vorm van ansichtkaarten zijn verkocht. 

Stadsgezichten 

Vanaf omstreeks 1889 maakte Jan de Vries stadsgezichten van Assen op het formaat van de kabinetfoto. Deze foto’s waren meestal te koop bij de lokale boekhandels en werden vaak gekocht als souvenir. Met deze stadsgezichten bood hij concurrentie aan de uit Groningen afkomstige Johannes Gerhardus Kramer die tussen 1872 en 1890 het aanbod van Asser stadsgezichten had gedomineerd. Vanaf de komst van de ansichtkaart rond 1900 raakte het stadsgezicht op kabinetfoto uit de mode. Ansichtkaarten waren veel goedkoper en je kon ze nog makkelijk versturen ook. De Vries heeft vanaf 1900 veel foto’s gemaakt in Assen en omgeving die in de vorm van ansichtkaarten op de markt verschenen. 

Conflicten en hofleverancier 

In september 1895 werd voor het koninklijk bezoek van koningin-regentes Emma en koningin Wilhelmina een openluchtspel gehouden in de Balloërkuil bij Rolde. Voor het stuk ‘Bij Klimmender Zonne’ over een Oudgermaanse rechtspleging was er vraag naar een fotograaf. Na de aankondiging van de voorstelling bood uitgever L. Hansma als eerste aan om foto’s te maken. De fotograaf die hij in gedachten had was J.J.A. van Winsen uit Utrecht. Jan de Vries kreeg hier weet van en bood ook zijn diensten aan bij de commissie. Toen De Vries niet werd aangewezen als fotograaf ontstond het conflict. De Vries was boos dat een niet-stadsgenoot boven hem werd verkozen en dat de selectieprocedure in zijn ogen oneerlijk was verlopen. Het Asser mannenkoor, waar De Vries lid van was, dreigde zelfs met een staking, waardoor de hele voorstelling in gevaar kwam. Dit gebeurde niet. Ondanks dat Hansma het alleenrecht had gekregen maakte De Vries toch een aantal ‘illegale’ foto’s van de toneelspelers op een schoolplein in Rolde.  

In 1895 verkreeg De Vries toestemming om zichzelf ‘hofleverancier’ aan regentes-koningin Emma te noemen. Hij had namelijk een foto gemaakt van de jonge Wilhelmina die bij het hof in goede aarde viel. In 1907 kreeg hij een nieuwe kans om bij een koninklijk bezoek aan Assen foto’s te maken. Bij het eeuwfeest van Assen kwam koningin Wilhelmina op bezoek en De Vries verkreeg toestemming om van deze gebeurtenis een aantal foto’s te maken. Er zijn meerdere foto’s van dit eeuwfeest bewaard gebleven. Of deze allemaal door De Vries zijn gemaakt is onzeker, omdat er mogelijk meerdere fotografen actief waren op het eeuwfeest. Bovendien was De Vries na het eeuwfeest met de Vereeniging voor Volksvermaken in conflict geraakt. Hij was vermoedelijk in zee gegaan met de firma G. Dieters. Zowel De Vries als de firma weigerden de gevraagde vijf gulden aan de vereniging te betalen. De vereniging zou het alleenrecht op het maken van foto’s door De Vries hebben geschonden, omdat andere fotografen niets in de weg werd gelegd om ook foto’s te maken. Hoe dit conflict afliep en of De Vries gelijk had vergt verder onderzoek. 

Meisje van Yde 

Een voor Drenthe bijzondere foto van Jan de Vries ligt in het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden. In opdracht van archivaris J.G.C. Oosting maakte De Vries in 1897 de eerste foto van het meisje van Yde. Het op 12 mei 1897 bij Yde gevonden veenlijk is de bekendste van Nederland. Het meisje van Yde verkreeg landelijke bekendheid door een gezichtsreconstructie in 1994. Tegenwoordig is het veenlijk een topstuk in het Drents Museum. De Vries was dus de eerste die deze bijzondere vondst op beeld vastlegde. 

Waarde 

Voor de komst van Jan de Vries werd de fotografische markt van Assen gedomineerd door twee Groningers, Johannes Gerhardus Kramer en Friedrich Julius von Kolkow. Het keerpunt kwam toen in 1888 De Vries naar Assen verhuisde en aldaar een atelier opende. Tussen 1888 en 1925 was hij de belangrijkste beroepsfotograaf met een atelier in de stad. Zijn vestigingen in Hoogeveen en Kampen tonen dat ook elders vraag was naar een fotograaf. De Vries is een typisch voorbeeld van een beroepsfotograaf in een kleine stad in deze periode. Hij leefde primair van het maken van portretten en probeerde daarnaast iedere andere opdracht binnen te slepen voor aanvullende inkomsten. In grotere steden konden fotografen zich gaan specialiseren in bijvoorbeeld stadsgezichten of architectuurfotografie. In Drenthe was de vraag daarnaar nog te gering.  

Voor Assen is De Vries van bijzonder belang, omdat hij veel foto’s maakte in de stad. Dit waren niet alleen stadsgezichten in de vorm van kabinetfoto’s en later ansichtkaarten, maar ook foto’s van belangrijke gebeurtenissen in de stad, zoals de bezoeken van koningin Wilhelmina. Deze bezoeken maken de foto’s interessant voor een breder publiek. Voor de geschiedenis van het koninklijk huis heeft De Vries een aantal interessante foto’s gemaakt. Hij beperkte zich niet tot Assen en Hoogeveen. Ook elders in Drenthe maakte hij foto’s. Mogelijk maakte hij deze foto’s in opdracht van de A.N.W.B. Hij verkocht door hem gemaakte foto’s bij lokale uitgevers. Eveneens werden zijn foto’s daar weleens tentoongesteld. Voor zover bekend verschenen zijn foto’s nooit in boeken of tijdschriften. 

Postuum is de collectie foto’s van De Vries ook op waarde geschat. In 1976 werden een aantal foto’s van De Vries gebruikt door het Drents Museum voor een tentoonstelling over de fotografie. In latere publicaties over de geschiedenis van Assen, Drenthe en de fotografie zijn ook foto’s van De Vries gebruikt. Deze foto’s geven een uniek historisch beeld van Drenthe en tonen de ontwikkeling van beroepsfotografie in Nederland. 


Bronnen 

Dagblad van Friesland 

Nieuwsblad van het Noorden 

Provinciale Drentsche en Asser Courant 

‘Vereeniging voor volksvermaken’, Provinciale Drentsche en Asser Courant, 13-11-1907. 

‘Verslag van de Afdeelings-Vergadering van afdeeling IX (Drenthe)’. In De Kampioen nr. 9, jaargang 17 (2 maart 1900), 186-187. 

 

Literatuurlijst 

‘Fotografen. Vries Kzn, Jan de’. Photographen.nl, geraadpleegd 11-06-2024, Vries Kzn, Jan de (photographen.nl). 

Goslinga, Mark en Martin Hiemink. Assen gephotografeerd: foto’s tussen 1860 en 1910. Assen: Koninklijke Van Gorcum BV, 2018. 

Goslinga, Mark. ’Ruzie over fotografie’. In Drents Historisch Tijdschrift Waardeel nr. 4, jaargang 30 (2010). 

Goslinga, Mark. Fotografie in Meppel 1850-1910. Assen: Koninklijke Van Gorcum BV, 2012. 

‘Jan Kz de Vries’. Research.rkd.nl, geraadpleegd 11-06-2024, https://rkd.nl/artists/417473. 

Jansen, Ronald Wilfred. Fotografie in Hoogeveen 1875-heden. Hoogeveen: RWJ-Publishing, 2019. 

Kuiper, Johan Niels. ‘Asser fotografen van vroeger’. Johanniels.com, 21-07-2022, Asser fotografen van vroeger - Asser Stadsfotograaf (johanniels.com). 

Mol Moncourt, A.E.S. de. ‘De Asser schutterij’. In Asser Historisch Tijdschrift nr. 1, jaargang 3 (1993). 

Sanden, Wijnand van der. Het meisje van Yde. Assen: Drents Museum, 1994. 

Wachlin, Steven. Photographers in the Netherlands M-Z. A survey of commercial photographers born before 1900 based on data from the Dutch population administration, city directories and newspapers. Den Haag: Centraal Bureau voor Genealogie, 2011.