Het Oorlogsdagboek van Drenthe heeft een zilveren award gewonnen op de WorldMediaFestivals 2021 in Hamburg. Dit is een internationale onderscheiding voor visuele producties. Het innovatieve en educatieve programma van het Drents Archief won de award in de categorie ‘Children and Youth Programmes’. Het Oorlogsdagboek van Drenthe werd afgelopen jaar ontwikkeld door het Drents Archief, in samenwerking met Studio Louter.
Projectleider Marga Renkema van het Drents Archief is blij met de internationale erkenning: “We zijn vereerd met deze onderscheiding. Het programma is bijzonder omdat leerlingen van nu worden meegenomen in een tijd waarin kinderen niet in vrijheid konden leven en afschuwelijke dingen meemaakten.” In Het Oorlogsdagboek van Drenthe kruipen leerlingen in de huid van leeftijdgenoten die de Tweede Wereldoorlog in Drenthe zelf hebben meegemaakt. Het interactieve programma is bedoeld voor leerlingen uit groep 7 en 8 van het basisonderwijs en de eerste twee klassen van het voortgezet onderwijs. Het wordt aangeboden in het Drents Archief, bij Onderduikersmuseum De Duikelaar in Nieuwlande en, op verzoek, op scholen.
Over Het Oorlogsdagboek van Drenthe
In het lesprogramma wordt gebruik gemaakt van originele egodocumenten als dagboeken, interviews, brieven, politierapporten, krantenartikelen en foto’s. Op die manier ontdekken de leerlingen hoe de oorlog in Drenthe was. Het programma belicht de oorlog vanuit verschillende perspectieven, van ‘goed’ en ‘fout’ en alles wat daartussen zit. Leerlingen krijgen op deze manier meer begrip voor menselijk gedrag in de moeilijke tijden van een oorlog. Door middel van de augmented reality kunnen leerlingen zich inleven in situaties en gevoelens van hun leeftijdgenoten in de oorlog. Voor dit programma gebruik is gemaakt van de allernieuwste augmented reality-technieken. Het is uniek dat de leerling zelf een personage wordt en zich in de augmented reality-wereld beweegt.
Vijf jongeren
Aan de hand van egodocumenten koos het Drents Archief vijf jongeren die de oorlog in Drenthe meemaakten. Zij staan centraal in het lesprogramma. Antje Buursma uit Assen is een van hen. Ze was twaalf toen de oorlog uitbrak, haar vader zat bij de NSB en hij werd in 1944 doodgeschoten. Antje kwam na de oorlog in kamp Westerbork terecht, waar ze – als NSB-kind - werd kaalgeschoren. Truus van Zuiden uit Hoogeveen overleefde als Joods meisje tijdens de Tweede Wereldoorlog maar liefst dertien onderduikadressen.
Het derde personage is Benno ter Berg. Hij is een Joodse jongen van vijftien jaar uit Assen en schreef in zijn dagboek hoe zijn leven veranderde door de oorlog. In 1942 werd hij via kamp Westerbork op transport naar Auschwitz gezet en daar vermoord. Het dagboek van Benno kwam via zijn schoolvriend bij het Drents Archief terecht. Harry Schackmann kwam in januari 1945 als twaalfjarige hongervluchteling uit Den Haag naar De Wijk. Daar beleefde hij, naar eigen zeggen, de mooiste tijd van zijn leven. Via via kreeg het Drents Archief Harry’s uitgebreide verslag in handen. Het laatste personage in het programma is Jo Schonewille uit Nieuwlande. Deze boerenzoon was veertien toen de oorlog begon. Zijn ouders hadden, net als veel anderen in dat dorp, onderduikers in huis. Jo richtte na de oorlog in Nieuwlande een museum op: de voorloper van Onderduikersmuseum De Duikelaar.
Informatie en reserveren
Het educatieve concept Oorlogsdagboek van Drenthe is bedacht door het Drents Archief in samenwerking met Studio Louter en werd gefinancierd door Provincie Drenthe, het Mondriaanfonds, Fonds voor Cultuurparticipatie, Gemeente Assen, Gemeente Hoogeveen, Gravin van Bijlandt stichting, BSP fonds, Rabofonds en het V-fonds (mogelijk gemaakt door de Nationale Postcode Loterij, de Bankgiroloterij en de Nederlandse Loterij). Meer informatie over het programma en het reserveren kan via het Oorlogsdagboek van Drenthe.